Lectuur voor personen met een handicap: volstaan audiosystemen?
Iets laten voorlezen door een derde was lange tijd de enige manier voor blinde personen om toegang te krijgen tot geschreven teksten. Tegenwoordig wordt dit in het dagelijks leven nog altijd op grote schaal toegepast. Geluidsopnames en spraaksynthese maken hier ook deel van uit, met het belangrijke voordeel dat lectuur zelfstandig en in alle intimiteit kan worden gelezen.
Via spraaksynthese zet een software digitale tekst om in audio, met een artificiële stem. Dit proces verleent de lezer onmiddellijke toegang tot een digitaal document of maakt op zeer korte tijd geluidsopnames mogelijk.
De vooruitgang van spraaksynthesesystemen heeft audiolectuur een enorme boost gegeven, vaak ten koste van het lezen in braille. Steeds meer studenten met een visuele handicap werken dan ook met audiodocumenten. Wel, deze verwaarlozing van het brailleschrift ten voordele van geluidsdragers is niet zonder gevolgen. Het brailleschrift blijft net onmisbaar om een tekst daadwerkelijk volledig te vatten, want braille maakt het mogelijk om een tekst in zijn integraliteit om te zetten: schrijfwijze, interpunctie, speciale leestekens, hoofdletters en kleine letters, wiskundige en wetenschappelijke formules, muzieknoten. In tegenstelling tot audiolectuur vergemakkelijkt een pagina in braille contextuele afleidingen. Braille maakt analytisch lezen mogelijk zonder in de valkuil te trappen van gelijkklinkende woorden. Spraaksynthese, daarentegen, kan dit probleem nog altijd niet omzeilen.
Een tekst lezen in braille geeft toegang tot de hele rijkdom van geschreven lectuur. Het voordeel dat geschreven tekst heeft ten aanzien van gesproken tekst ligt in de mogelijkheid om kennis beter te vast te leggen, het denken te organiseren en informatie te onthouden. Christian Coudert, specialiste in aangepaste informatie en zelf volledig blind, laat zich hierover duidelijk uit: “Lectuur niet volledig vatten, leidt tot analfabetismegevaar. Blinde jongeren die almaar meer audiodragers gebruiken, lopen dit risico. Zo is het moeilijk om de aandacht er bij te houden als je een tekst beluistert waarbij de spreker of synthesestem het tempo bepaalt. Als een woord of uitdrukking slecht wordt begrepen of de gedachte even afdwaalt bij een geluidsopname of een tekst gelezen door een synthesestem, is de luisteraar niet verplicht om terug te keren en het stukje dat hij gemist heeft opnieuw te beluisteren.”.
In de praktijk sluiten het brailleschrift en audiosystemen elkaar niet uit. Integendeel. Ze vullen mekaar aan. Een doorwinterde braillelezer kan evengoed een audioboek op DAISY-CD verkiezen om zich te ontspannen. Om beter gebruik te maken van een computer, vormt het samenspel tussen braille en spraakweergave een onmiskenbare meerwaarde. Zo wordt spraaksynthese vaak gebruikt om een document te doorlopen, terwijl de spelling van bepaalde woorden, de schrijfwijze van afkortingen of termen uit vreemde taal met braille worden gecontroleerd. Een spraaksynthese zal deze woorden eerder fout voorlezen.
De braillerevolutie heeft blinde mensen volledige en zelfstandige toegang verleend tot lectuur met leesmogelijkheden die deze van ziende mensen benaderen. Het brailleschrift moet natuurlijk worden aangeleerd, wat niet evident blijkt voor wie op latere leeftijd blind wordt. Toch blijft braille de basis om een tekst te begrijpen, zowel qua lezen als schrijven. Leerlingen en studenten die louter geluidsdragers gebruiken en het brailleschrift links laten liggen, ontzeggen zich een waardevolle aanwinst om te slagen in hun studies en professionele leven. De sleutel tot succes? Een gecombineerd gebruik van deze hulpmiddelen. Dat garandeert een zo breed mogelijke toegang tot lectuur, de drager bij uitstek van het denken en van informatie.